Experiment zelfmonitoring diabetespatienten

Zelfmanagement en zelfmonitoring is een van de uitgangspunten in de behandeling van mensen met Diabetes. Docenten van de HAN-opleiding Voeding en Diëtetiek deden een experiment en onderzochten de data die worden verzameld door het glucosemonitoringsysteem Freestyle libre 2.

Blog van Jeanne in ’t Hulst en Sonja van Oers, docenten HAN Voeding en Diëtetiek

Er naar schatting ruim 1.1 miljoen patiënten met diabetes mellitus bekend in de Nederlandse huisartsenpraktijken (prevalentie): 109.100 (10%) patiënten met type 1 diabetes en 1.028.700 (90%) patiënten met type 2 diabetes en dit aantal neemt nog steeds toe.

Zelfmonitoring

Zelfmanagement en zelfmonitoring is een van de uitgangspunten in de behandeling van mensen met Diabetes. Daarin stelt de voedingsrichtlijn van de Nederlandse Diabetes Federatie dat met name de nadruk ligt op afstemming tussen het voedingspatroon, de koolhydraatverdeling en het insulinewerkingsprofiel voor een optimale diabetesregulatie (NDF, 2022). De insulinegevoeligheid en hoe snel en hoeveel bloedglucose stijgt en daalt is voor iedere persoon verschillend en het is belangrijk om hier als diëtist goed inzage in te verkrijgen.

Voorheen hielden patiënten hun bloedwaardes in de gaten doormiddel van een vingerprik en losse materialen om hun bloedwaardes op ieder moment van de dag in de gaten te kunnen houden. Deze methode is niet alleen iedere keer invasief maar kan ook als belastend worden ervaren omdat men in openbare gelegenheden zichzelf zichtbaar moet prikken.

Flash Glucose Monitoring (FGM) is een manier om met een sensor die onderhuids in de bovenarm wordt geplaatst de glucoseconcentratie te meten en monitoren. Dit is geen nieuwe methode maar was altijd minder toegankelijk doordat deze apparaten vrij duur waren en niet werden vergoed (tegenwoordig wel). Met de freestyle libre 2 heeft Abbot een glucosemonitoringsysteem ontwikkeld welke betrouwbaar en betaalbaar is. iXperium Health heeft een aangeschaft freestyle libre 2 zodat docenten, studenten en onderzoekers en mee kunnen experimenteren.

Onderzoeksexperiment

Geïnspireerd door een artikeltje op Linked-in (figuur 1) waarin een internist een week lang besloot om zelf een FGM te dragen en hier vele leerervaringen uit haalden heeft Sonja van Oers een oproep gedaan onder docenten om eenzelfde experiment te gaan doen. Proefkonijnen konden zich aanmelden op voorwaarden dat hun ‘real life’ data ook gedeeld mogen worden.

Figuur 1

Jeanne in ’t Hulst was direct enthousiast en als dieetleer- onderzoeksdocent ook een zeer geschikte kandidate voor dit experiment. Jeanne had zelf ook diverse ideeën over het testen met verschillende eetpatronen en bewegingen. Er stond een onderzoeksles op het programma waarin door studenten nog wordt geprikt met de vingerprik om enerzijds zelf te ervaren hoe dat is en anderzijds ook inzicht te krijgen op wat inname van koolhydraten doet met de bloedglucosewaarden. Deze methode is mogelijk niet meer van deze tijd en aan vernieuwing toe (figuur 2).

Figuur 2

Het plaatsen van de sensor was pijnloos en een makkie (figuur 3). Jeanne besloot het experiment voor de volle twee weken aan te gaan (dat is ook de houdbaarheid van een sensor) en zij werd gevraagd regelmatig haar bloedglucosewaarden te scannen en te delen in de whatsappgroep met betrokken onderzoeksdocenten.

Niet gehinderd door een verbouwing thuis liet deze therapietrouwe cliënt regelmatig mooie curves zien, waarin ook wel eens de rode gevarenzone werd gehaald (figuur 4 en 5). Collega-docenten in de appgroep kwamen gelukkig snel met goede adviezen waardoor Jeanne dit experiment goed is doorgekomen. Waarbij uiteraard nog wel opgemerkt moet worden dat Jeanne geen diabetes heeft, dit ‘even’ tijdelijk kon doen en dus geen realistisch beeld geeft van wat echte diabetespatiënt moet doormaken.

Inzichten

Inzichten die zij hieruit haalden waren:

  • Ook de bloedglucosewaarden van Jeanne waren op bepaalde momenten van de dag onder de <3,5 mmol/l. Bijna standaard rond 3:00 ’s nachts en vaak overdag rond 16:00. Daar merkte zij zelf niet veel van.
  • Over het algemeen waren de waardes zoals te verwachten redelijk voorspelbaar. Bij elke maaltijd met koolhydraten en gedurende intensieve inspanning steeg de bloedglucose binnen de normaalwaarden.
  • De eerste week voelde het flashen, koolhydraten tellen, en rapporteren van beweging niet als een grote last voor Jeanne (al vond haar vriend het tijdens het avondeten wel minder gezellig). Jeanne vond het vooral erg leuk om te doen en zo inzicht te krijgen in de eigen waarden bij verschillende eet- en beweegpatronen. In de tweede week en met name in de weekenden die druk waren door de verbouwing had Jeanne er soms moeite mee om geregeld te blijven flashen en rapporteren.
  • Mensen zijn erg nieuwsgierig als je een sensor op je arm hebt. ‘Wat is dat op je arm’? ‘Heb jij uhh.. diabetes’? Voor Jeanne waren die vragen geen probleem en juist leuk om te vertellen wat de sensor doet en wat de reden is waarom ze deze had. Dat is anders wanneer je constant een sensor draagt en mensen te pas en te onpas vragen wat er op je arm zit.

Hoe verder?

Het lijkt ons relevant en zinvol om met diëtisten van de toekomst een dergelijk experiment te doen om nóg beter inzicht te krijgen en ervaren hoe het voor een patiënt is om te leven met Diabetes Mellitus. Door gebruik van de Flash Glucose Monitoring of Real Time Continue Glucose Monitoring (waarbij glucosewaarden continue worden gemeten en gekoppeld kunnen worden aan een insulinepomp) kunnen data van diabetespatiënten makkelijker worden gedeeld met hun zorgverlener waarmee deze een betere behandeling en voedingsadvies op maat kan geven.